Competities Topdivisie en lager gestopt
De Nevobo maakt vandaag bekend dat alle competities van Topdivisie en lager per direct worden gestopt. Vanwege het coronavirus kan in ieder geval t/m 6 april niet worden getraind en gespeeld. De laatste reguliere competitieronde staat op het programma voor 18 april. Na lang beraad is besloten dat er geen uitvoerbaar scenario bestaat om deze competities op een sportief gelijkwaardige en eerlijke manier tot een goed einde te brengen. De volleybalbond vraagt haar leden om actief mee te denken hoe er voor het seizoen 2020-2021 een eerlijke competitie-indeling kan worden gemaakt.
Afgelopen zondag maakte de overheid bekend dat er in ieder geval t/m 6 april niet gesport kan worden. In de toespraak die Mark Rutte maandag aan alle Nederlanders richtte, vertelde de premier dat de maatregelen m.b.t. het coronavirus Nederland mogelijk langer in haar greep gaan houden. Dit is direct van invloed op ons maatschappelijk functioneren, en, als (bescheiden) onderdeel daarvan, op onze competities.
Door bovengenoemde maatregelen kunnen vier speelronden niet worden afgewerkt en kan er op z’n vroegst vanaf 6 april weer getraind worden. De laatste speelronde van de competities staat gepland op 18 april, terwijl de P/D wedstrijden voor 25 april in het programma staan. Direct hierna begint de meivakantie en vanaf dat moment hebben veel van onze leden andere bezigheden / verplichtingen.
Hierdoor is een uitloop van het seizoen 2019-2020 praktisch onuitvoerbaar. Daarnaast willen veel clubs en leden in deze tijd graag weten waar ze aan toe zijn.
“We zijn er als bond voor om mensen te laten volleyballen en het liefst willen we dus spelen”, vertelt Guido Davio, algemeen directeur van de Nevobo. “De afgelopen dagen hebben we diverse scenario’s besproken en uitgetekend, maar door de genomen maatregelen is er volgens ons geen scenario te maken, waarin we voor de Topdivisie en lager op een sportief gelijkwaardige en eerlijke manier nog kunnen spelen om kampioenschap en degradatie. We beseffen ons goed dat dat heel erg teleurstellend is, maar we vinden dat we naar onszelf en naar onze leden eerlijk en duidelijk moeten zijn en met elkaar een verantwoordelijkheid hebben die duidelijkheid te bieden.”